Op Cape Town International Airport moet je bij de douane de nodige stempels halen. Dat gaat op zijn Zuid-Afrikaans en kan dus enige tijd duren. Bij voorkeur zijn er 2 stempelposten open terwijl er net 5 volle internationale vluchten arriveren... Het is daarom zaak zo snel mogelijk van het vliegveld naar de douane te gaan. Na het afstempelen van de paspoorten kan de bagage gehaald worden en de huurauto. Al met al zijn we dan al een eind in de dag, vandaar dat de eerste bestemming niet te ver rijden van het vliegveld is.

Vertrekkend van het vliegveld, zie je - rijdend over één van de twee snelwegen die Zuid-Afrika rijk is, de R2 - vrijwel direct de grootste en snelst groeiende township van Zuid-Afrika: Khayelitsha. De lichtjes van Khayelitsha kan je zien vanaf het balkon op onze laatste bestemming in Simon's Town. Kaapstad omvat niet alleen de stad, maar de hele Kaappunt, strekt zich vanaf het vliegveld nog zo'n 60 km. langs de westkust uit naar boven en ca. 50 km. naar het oosten. Pas na Sir Lowry's Pass verlaat je officieel Kaapstad. Eventueel kan iets eerder - na Somerset-West - afgebogen worden naar de route langs de kust (R44). Dat is 17 kilometer en - behoudens verkeer - een dik kwartier langer rijden.

Na twee nachten Hermanus, rijden we door naar Knysna. Als het kan, rijden we via de kust en maken een tussenstop op de zuidelijkste punt van Afrika: Kaap Agulhas. Hier ontmoeten de Atlantische en Indische oceaan elkaar. De rit is dan niet zozeer in kilometers, maar wel in tijd beduidend langer rijden. Dat komt omdat Zuid-Afrika maar weinig grote, doorgaande wegen kent. En zelfs die veranderen soms opeens in een onverharde weg. Een (fors) deel van deze weg is ook een dirt road. Tijd en weersomstandigheden moeten de route dan ook wel toelaten.

Op de verjaardag van één van de gidsen, laten we Knysna achter ons en rijden we naar Addo Elephant Park. De snelste route is via de N2. Een mooi stuk, ondanks dat dit een snelweg is. We rijden dan langs het Tsitsikamma National Park (het oudste kustpark van Zuid-Afrika en tegenwoordig onderdeel van het Garden Route National Park) en langs het natuurgebied waar uw gidsen in januari een loodzware trailrun gelopen hebben ;). We kunnen er ook voor kiezen om - als de omstandigheden het toelaten - een deel van de route niet over de N2 te rijden, maar in plaats daarvan de beroemde R62 of "Route 62" te nemen (zie meer over deze route hieronder bij Oudtshoorn -> Simon's Town). Als alles meezit, is dat zo'n drie kwartier langer rijden, maar het dubbele is waarschijnlijker. Dat is bijna volledig te wijten aan het stuk van Knysna naar de R62: de 68 kilometer lange spectaculaire Prince Alfred's Pass. 

Na Addo rijden we weg van de Tuinroute en via de R329 naar de volgende bestemming: Oudtshoorn. Zoals het wegnummer al doet vermoeden, is het een secundaire weg. Het is een zogenaamde "gestripte asfaltweg". Dit betekent dat de weg een smalle teerstip in het midden heeft, die normaal breed genoeg is voor een enkel voertuig, met grind aan weerszijden. Zo groen en weelderig als de Tuinroute was, zo rotsachtig is dit deel van de route: de (Klein) Karoo. Dit is een half-woestijn, die letterlijk en figuurlijk het hart van Zuid-Afrika vormt. Tussen Steytlerville en Willowmore rijden we langs de noordkant van Baviaanskloof.

Het laatste deel van de route (voor we weer naar het vliegveld gaan), leidt van Oudtshoorn naar Simon's Town. Vanaf Barrydale (ongeveer halverwege), wijken we van de snelste route af en gaan we bovenlangs, via Paarl, zodat we door het wijn- en fruitteeltgebied komen. Dit is een deel van de Route 62, de langste wijnroute in de West-Kaap en waarschijnlijk ter wereld. Route 62 staat overigens niet alleen als de wijnroute, maar ook als de bergroute bekend, vanwege de indrukwekkende bergwanden en -passen. Deze zijn vooral te vinden in het deel tussen Port Elizabeth en Oudtshoorn.